De vennootschapsbelasting
De vennootschapsbelasting (vpb) is een belasting die wordt geheven over de winst van ondernemingen, zoals bv’s en nv’s. Voor wie deze belasting precies geldt en wat de tarieven zijn, lees je in hier.
Sommige partijen zijn altijd verplicht om vennootschapsbelasting te betalen over de winst. Denk bijvoorbeeld aan:
Besloten vennootschappen (bv)
Naamloze vennootschappen (nv)
Coöperaties
Andere organisaties, zoals verenigingen en stichtingen, hebben een beperkte belastingplicht en moeten alleen in bepaalde situaties vennootschapsbelasting betalen (zie verderop)
Natuurlijke personen, zoals zzp’ers, betalen belasting over de winst door middel van de inkomstenbelasting.
Wat is de belastbare winst?
Je betaalt vpb over de belastbare winst van je onderneming. Je berekent deze winst door de geldende fiscale wetgeving en fiscale beginselen toe te passen op je winst- en verliesrekening en balans. Anders gezegd: je maakt gebruik van belastingmaatregelingen om de belastbare winst te drukken. De fiscale winst wijkt dus meestal af van de commerciële winst van de onderneming. Daarom is het belangrijk om op de hoogte te zijn van deze fiscale wetgeving. Een paar voorbeelden van regelingen die invloed hebben op je winst:
Afschrijven van goederen
Investeringsaftrek, zoals KIA, EIA, MIA en VAMIL
Fiscale reserves
Kwijtschelding voor vrijstellingswinst
Veel regelingen die gelden voor ondernemers voor de inkomstenbelasting, gelden ook binnen de vennootschapsbelasting. Een paar uitzonderingen daarop zijn zelfstandigenaftrek en meewerkaftrek.
Verliesverrekening vpb
Een interessante manier om minder vennootschapsbelasting te hoeven betalen, is door middel van verliesverrekening vpb. Je kunt namelijk via carry back of carry forward verliezen uit bepaalde jaren verrekenen met de winst in een ander boekjaar. Daardoor druk je de belastbare winst en hoef je uiteindelijk minder vennootschapsbelasting te betalen.
Fiscale coronareserve
Je kunt je winst dus verrekenen met verliezen uit voorgaande jaren, nadat je de aangifte gedaan hebt. Het jaar 2020 was hierop een uitzondering in verband met corona. In dat jaar mocht je het verwachte verlies over 2020 al in 2019 aftrekken, natuurlijk als dat verlies coronagerelateerd was. Je kon zo bij de bepaling van je winst voor de vennootschapsbelasting een fiscale coronareserve inbouwen. Hiermee kon je de winstbelasting uitstellen. De fiscale coronareserve gold voor 2020 en is niet verlengd voor het jaar 2021.
Tarief vennootschapsbelasting 2022
De tarieven voor de vennootschapsbelasting 2022 zijn:
15 procent over de eerste € 395.000 van de winst;
25,8 procent alles boven de € 395.000
Speciaal vpb tarief: innovatiebox
De overheid stimuleert innovatie door ondernemers. Daarvoor bestaat er de innovatiebox, een box voor innovatieve bedrijfsactiviteiten. De winst die hieruit voortkomt, heeft een speciaal tarief voor de vennootschapsbelasting: 5% (t/m 2017), 7% (2018 t/m 2020) of 9%(2021 en 2022).
Wanneer aangifte vennootschapsbelasting?
Wanneer je aangifte vennootschapsbelasting moet doen is afhankelijk van je boekjaar. Als het boekjaar gelijk loopt met het kalenderjaar, moet je voor 1 juni van het volgende kalenderjaar je aangifte indienen. Als je een gebroken boekjaar hebt (dat niet synchroon loopt met het kalenderjaar), moet je binnen vijf maanden na het einde van je boekjaar aangifte doen.
Organisaties met beperkte belastingplicht
Er zijn ook organisaties, zoals stichtingen en verenigingen, die alleen in bepaalde situaties vennootschapsbelasting moeten betalen. Zulke organisaties hebben een beperkte belastingplicht. Partijen met zo’n beperkte belastingplicht zijn onder andere:
Kerkgenootschappen
Culturele instellingen
ANBI’s (Algemeen nut beogende instellingen)
Sportclubs en organisatoren van sportevenementen
Vrijstelling vennootschapsbelasting
Partijen met een beperkte belastingplicht hebben vrijstelling van de vennootschapsbelasting als ze voldoen aan bepaalde voorwaarden. Mocht je twijfelen of jouw organisatie aan deze voorwaarden voldoet, dan nemen we contact voor je op met de Belastingdienst. De belangrijkste voorwaarden op een rij:
Het behartigen van een algemeen maatschappelijk of sociaal belang staat op de voorgrond (bijvoorbeeld amateursport).
De vereniging of stichting gebruikt de inkomsten uitsluitend voor het genoemde doel.
De vereniging of stichting verkrijgt de inkomsten hoofdzakelijk door de inzet van vrijwilligers.
Het streven naar winst is van bijkomende betekenis. De eventuele winst is in het jaar van het evenement niet meer dan 15.000 euro, of in dat jaar en de daaraan voorafgaande 4 jaren samen niet meer dan 75.000 euro. Bij deze berekening moet je weer rekening houden met de kosten van vrijwilligers en andere fictieve kosten.
Voorbeeld: sportevenement
Een vereniging organiseert een sportevenement waarbij het sociaal-maatschappelijk belang op de voorgrond staat. Het evenement wordt georganiseerd door vrijwilligers en de opbrengsten krijgen een sociale besteding. In dit geval is de vereniging waarschijnlijk vrijgesteld van vennootschapsbelasting.